|
|||
Willem van Cattenburch Zoon van Dirck van Cattenburch en Mechteld de Vries. Overleden voor 1623 Beroepen: Tapper, pachter [tekst] van het zijdenwerk te Tiel (o.a. in 1602) [Tekst] Het familiewapen van Cattenburch is alsvolgt samengesteld: Iin zilver drie zwarte molenijzers. Helm: aanziend. Wrong: zilver en zwart. Helmteken: een zwart molenijzer. Dekkleden: zwart, gevoerd van zilver. Schildhouders: twee toegewende, gouden leeuwen, rood getongd en genageld. Het geheel geplaatst op een groene arabesk. (bron: Taxandria) Ondertrouwd 4 jul 1601 Tiel. Gehuwd 19 jul 1611 Tiel [tekst] (maximaal 12 jaar gehuwd) met: Willem van Kattenborgh Dercxsoon Jonckgesel ende Marijtghen Ariaensdochter Jongdochter, beijde van Thijell. Utriusque parentes suffragantur ende de thoekomende Eheluijden bekennen, met nijemande different of Verschil in houwelicxsche saecken te hebben. Testes Adriaen Artsoon pater puellae: Pieter de Vrijes, Jan van Kattenborgh ende Evert Lubbersoon. . Willem en Maria hadden 5 kinderen. (bron Taxandria) Maritgen Ariënsdr "Maria" van Pelt, leeftijd bij huwelijk ongeveer 31 jaar Dochter van Adriaan Aertsz van Pelt en Johanna van Lith. Geboren ± 1580 Tiel Kind: 1. Dirck "Theodoor" van CattenburchGeboren ± 1610 Tiel Overleden 29 aug 1653 Utrecht [tekst] , leeftijd ongeveer 43 jaarDirck overleed te Utrecht op 29 augustus 1653 in de Viesteeg ten huize van Johanna Goudt, de weduwe van Albert van Beeck. Hun dochter Margareta van Beeck was getrouwd met Dirck Cattenburgh, een neef van Dirck van Cattenburgh van 's Hertogenbosch. Johanna Goudt was sydelaeckencoper te Utrecht, wonend n.z. Viehesteech op de hoeck van de Corteviehesteech. Dirck werd begraven in de Sint Jans kerk; zijn naam wordt vermeld op de grafsteen nr. 302 (Noordtransept, de Zuidelijke travee), die tevens gemarkeerd is met de naam en het wapen van Marten Gerits sHeeren. Begraven 7 sep 1653 's-Hertogenbosch [Tekst]
Dirck kwam na 1629 naar ’s-Hertogenbosch, aanvankelijk als secretaris van gouverneur Johan Wolfert van Brederode. In 1640 werd hij benoemd tot schepen van de stad, welke functie hij daarna nog driemaal zou vervullen. Op 20 april 1646 kocht Dirck, samen met Joost van Hedickhuysen, heer van Eckart, voor de schepenen van Den Bosch, de heerlijkheden Heeswijk en Dinther, van Graaf Johan 't Serclaes van Tilly. De kopers lieten de heerlijkheden onverdeeld. Op 8 februari 1649 verkochten Dirck, en de erfgenamen van Joost van Hedickhuysen, die in oct 1647 te Brussel was overleden, Heeswijk en Dinther aan Jonker Matthijs van Asperen, kapitein in dienst van de Vereenigde Nederlanden. (bron: Taxandria) . Op 2 september 1649 werd Diederick van Cattenburg, president van de stad ’s-Hertogenbosch, door de Heer van Isendoorn beleend met "De Pottum", een leengoed behorend tot de heerlijkheid IJzendoorn. Op 11 juli 1664 beleent Joost Vijgh heer tot Isendoorn eerste Raedt ende Stadtholder vande leenen des furstendoms Gelre & Graefschaps Zutphen, De Pottum aan Willem v Cattenburgh, de oudste zoon van Wijlen Diederick v Cattenburgh. Omdat Willem dan nog minderjarig is wordt hij dan vertegenwoordigd door zijn voogden Jacob van Casteren (grootvader van Willem) en Johan van Oerle. Het leen wordt omschreven als: ". . . . den bouwhoff genaemt den Potthum groot ontrent vijffentseventich mergen landts, daer van de hoffstadt ende het berchcampken thient vrij is, daer oostwaert de Keijserstraet & geerffden onder Ochten, zuijdt ende westwaert de weduwe Werckhoven ende noertwaert de Landtweteringe naest gelegen sijn". . Volgens Notariële akte van scheiding (U139a10 - 119; Utrechts archief) gaat de Pottum in 1722 naar Willem van Oudenallen, die getrouwd was met Jacoba van Cattenburgh, dochter van Willem Cattenburgh en Jacomina van Rynevelt. . In de pacht- en huurbrief van de Pottum d.d. 28 februari 1666 wordt de leen omschreven als: ". . . . "seeckere verpachteren bouwinge landts omtrent seventich mergen so bouw- als weijlandt ende bogaert soo groot ende cleijn als deselve inde heerlickheijt Isendoorn gelegen leijt, genaemt de Pottum, ende het getimmer daer pachter tot dato deses in is wonende, daer op is staende, ende voor desen bewoont heef." Zie: . Gebeurtenis Secretaris (van ± 1629) [tekst] van de toenmalige gouverneur van 's Hertogenbosch: Johan Wolfert van Brederode. Gebeurtenis Schepen (van 1640 tot 1643) [tekst] van 's-Hertogenbosch Gebeurtenis President-Schepen (van 1646 tot 1647) [tekst]
van 's-Hertogenbosch |
Voor meer informatie neem contact op met Leo den Hollander: E-mail: lgdh@vitelcom.nl