N.B.Klik op naam in diagram geeft additionele informatie
Hendrik en Annetje kregen in totaal 7 kinderen: 5 zonen en 2 dochters.
De eerste zoon, Herman, overlijdt één dag na zijn geboorte, zijn eerste dochter, Jacoba, 2 weken na haar geboorte.
Uit de zonen Jan, Arij en de tweede zoon Herman zijn aanzienlijke nageslachten ontstaan waarvan tot op de dag van vandaag mensen deel uit maken.
Dochter Marijtje is niet getrouwd.
Zoon Dirk trouwt en verhuist naar Abcoude. Hij overlijdt aldaar op 3 maart 1790 en in datzelfde jaar op 3 juni vertrekt zijn zus Marijtje ook vanuit Wassenaar naar Abcoude.Volgens de huidige informatie krijgt Dirk in elk geval één zoon, genaamd Eldert, en één dochter Trijntje. Beiden blijven ongehuwd, en aldus sterft de tak van Dirk in Abcoude uit.
Jan Hendrikszn vertrekt vanuit Wassenaar naar Zuylen bij Utrecht en trouwt daar met Dingena Christina van Doesburg. Zij vestigen zich dan in Gorinchem. Van hun zeven kinderen overlijden er twee vroegtijdig, vier vertrekken naar Rotterdam en een naar Den Haag. Alle afstammelingen van Jan hebben de achternaam HOLLANDER. De voornamen Hendrikus en Johannes komen frequent voor. De roepnaam Harry is in een aanzienlijk deel van deze tak gekoppeld aan de doopnaam Hendrik. Wellicht is hier een verband met de oorspronkelijke naam Hermanus c.q. Harman/Hermen. Jan is waarschijnlijk tuinder en later herbergier in Gorinchem. Ook de volgende generaties uit deze tak zijn tuinders; daarna worden het veelal kleine zelfstandigen (melkhandelaar, slager, tapper, groentehandelaar, ondernemer, enz.).
Arij Hendrikszn blijft in Wassenaar wonen en hij trouwt met Aagje Pietersdr Santvliet. Deze tak blijft voornamelijk in (de omgeving van) Wassenaar wonen en in Leiderdorp; later ook in Sassenheim, Leiden en Zoeterwoude. Aanvankelijk hebben personen uit deze tak de achternaam DE HOLLANDER, maar vanaf eind 1700 wordt de achternaam DEN HOLLANDER gevoerd.
De namen Hendrik (Hein), Arij (Arie en Adrianus) en later Christiaan en Theodorus komen veelvuldig voor in deze tak. Veel generaties zijn werkzaam in de landbouw, veeteelt en/of bloembollen. Ook de zuivelhandel is sterk vertegenwoordigd in deze tak. Het is een tak met boerderijen en landerijen in eigendom.
Herman Hendrikszn trouwt met Marijtje Pietersdr van der Voort; zij blijven in Wassenaar wonen. Hun kleinkinderen van zoon Daniel die in Rijswijk trouwde met Catharina Nieuwenbroek, worden allen in Rijswijk gedoopt. Een belangrijk deel van deze Hermanus tak vestigt zich dan ook in Rijswijk, en vandaar uit ook in het nabij gelegen Loosduinen en worden later, onder andere ten gevolge van gemeentelijke herindelingen, ook in Den Haag geregistreerd. Personen uit deze zijtak voeren de achternaam HOLLANDER. Er is niet één voornaam die binnen deze zijtak duidelijk frequent voorkomt. Het zijn veelal kleine zelfstandigen (beddenmaker, hoedenmaker, letterzetter, koopman) en arbeiders of knechten in de tuinderijen. Een gedeelte van de afstammelingen van Herman en Marijtje blijven in Rijswijk wonen. Personen uit deze zijtak voeren tot begin 1800 alle drie de variaties in achternaam die tot dusver genoemd zijn. Uiteindelijk kiest men voor de achternaam DEN HOLLANDER. Het zijn veelal kleine zelfstandigen (koopman, veehandelaar, winkelier) of mensen in loondienst (fabrieksarbeider, bouwvakker, stoker).